Uit eerder onderzoek werd nog niet duidelijk hoe opvattingen over gewelddadig extremisme veranderen over de levensloop en welke factoren hiermee verband houden. De reden is dat er nog maar weinig studies zijn gedaan waarin de politieke opvattingen van jonge mensen zijn gevolgd over de tijd. In Understanding changes in violent extremist attitudes during the transition to early adulthood wordt dit hiaat in de literatuur opgevuld door gegevens over veranderingen in steun voor gewelddadig extremisme en de factoren die daarmee verband kunnen houden, te analyseren.
De onderzoekers gebruikten gegevens van 910 deelnemers aan het Zürich Project on Social Development from Childhood to Adulthood (z-proso). Dit is een grootschalige studie in Zwitserland, waarbij een leeftijdscohort is gevolgd vanaf de basisschool tot in de volwassenheid. In twee van de onderzoeksronden, toen de deelnemers 17 en 20 jaar waren, zijn vier vragen gesteld over steun voor gewelddadig extremisme. Daarin waren stellingen opgenomen over de noodzaak of rechtvaardiging van het gebruik van geweld voor politieke of religieuze overtuigingen. Het bleek dat de grote meerderheid van de adolescenten het oneens was met dergelijke toepassingen van geweld. Slechts enkele procenten van de jongeren was het helemaal eens en tussen 10 en 25% was het een beetje eens met de verschillende stellingen die als indicator dienden voor gewelddadig extremisme.
Tussen de eerste en tweede onderzoeksronde daalde het percentage deelnemers dat het eens was met de vier stellingen en daarmee nam ook de gemiddelde score op een schaal voor ‘gewelddadig extremisme’ af. Om na te gaan hoeveel jongeren een betekenisvolle verandering doormaakten in hun opvattingen, berekenden de onderzoekers een reliable change index. Deze geeft weer of een verandering statistisch significant is, dus dat een toename of afname met voldoende zekerheid niet te wijten is aan toevallige fluctuaties in de gegevens. De bevindingen op grond van deze berekening lieten zien dat de grote meerderheid van de jongeren (849) relatief stabiel is in hun opvattingen. Bij de jongeren met een betekenisvolle verandering was er vooral een sterke afname in steun voor geweld (bij 48 jongeren). Slechts enkele (13) deelnemers lieten een significante toename zien.
De onderzoekers gingen ook na welke factoren samenhangen met steun voor gewelddadig extremisme en veranderingen daarin. Verschillen tussen jongeren hielden verband met een reeks factoren, zoals problemen met school, weinig zelfcontrole, weinig coping-vaardigheden, eerdere contacten met justitie, vijandige houding tegenover de politie, gevoelens van uitsluiting en de opvattingen van vrienden over geweld. Veranderingen in opvattingen over gewelddadig extremisme bleken voornamelijk gerelateerd aan veranderingen in zelfcontrole, coping-vaardigheden en de opvattingen van vrienden. Dit suggereert dat in deze leeftijdsfase vooral veranderingen in psychosociale volwassenwording en de omgang met leeftijdsgenoten die geweld goedkeuren van belang zijn om te begrijpen wat er gebeurt met opvattingen over gewelddadig extremisme.
De resultaten doen vermoeden dat steun voor gewelddadig extremisme lijkt te dalen tijdens de overgang van de adolescentie naar de vroege volwassenheid. Dit betekent dat preventiemaatregelen gebaat kunnen zijn bij het ondersteunen van dit volwassenwordingsproces. Tegelijkertijd is er een aanzienlijke variatie in de ontwikkeling van radicale opvattingen: een klein deel van de deelnemers aan het onderzoek zat al tijdens de adolescentie op een hoog niveau van steun voor geweld én bij een klein deel neemt die steun toe. Verder onderzoek is nodig om dit soort trajecten met betrekking tot gewelddadige extremistische opvattingen in kaart te brengen en te begrijpen.
Nivette, A., Echelmeyer, L., Weerman, F., Eisner, M. & Ribeaud, D. (2021). Understanding changes in violent extremist attitudes during the transition to early adulthood. Journal of Quantitative Criminology. Online before print, July 8, 2021.
Actuele berichten