De meeste fraudeurs plegen gedurende hun leven een veelzijdig patroon van criminaliteit. Daarmee lijken ze meer op de ‘gewone’ crimineel, dan op de witteboordencrimineel met wie men hen vaak vergelijkt.
Hoe ziet de criminele carrière eruit van daders die veroordeeld zijn voor fraude? Het dominante beeld in de literatuur is dat van de witteboordendader met een goede baan en zonder noemenswaardig strafblad die eenmalig fraude pleegt. Dit beeld steekt scherp af tegen dat van de ‘gewone’ crimineel met een zwakke sociale achtergrond, een strafblad en een hoog risico op recidive. Door allerlei veranderingen in de moderne maatschappij komt deze stereotype tweedeling onder druk te staan. Fraude beperkt zich, zo lijkt het, steeds minder tot daders met een witte boord, en de meeste fraudeurs plegen ook niet-fraude delicten.
Dit meer diffuse beeld van een grotere en meer diverse groep daders die fraude pleegt vormde de achtergrond van een onderzoek naar de criminele carrières van daders die ooit veroordeeld werden voor fraude. De gegevens van 1160 daders werden gebruikt om de criminele carrières van leeftijd 12-50 te reconstrueren. Op basis daarvan werd onderzocht in hoeverre deze daders zich uiteindelijk ontwikkelen tot gespecialiseerde of veelzijdige daders.
De resultaten lieten zien dat de meeste fraudeurs inderdaad veelzijdig zijn, in de zin dat zij vaak ook criminaliteit pleegden die niet onder fraude valt. Tegelijk is er een verhoogde kans dat fraudeurs hetzelfde type fraudedelict nog eens plegen - een deel is dus gespecialiseerd. Het algemene beeld dat naar voren komt uit de criminele carrières in deze groep is daarmee dat van een heterogene groep waarin de meerderheid ook andere delicten dan fraude pleegt. Daarmee lijkt het stereotype onderscheid niet van toepassing op de meerderheid van de steekproef.
Fraude is een delict dat de maatschappij steeds meer zorgen baart. Dit onderzoek is het eerste Nederlandse onderzoek dat de criminele carrières van dit soort daders in beeld bracht. De bevindingen zijn van belang voor de praktijk omdat zij laten zien dat een deel van deze groep mogelijk geen bijzondere aanpak behoeft.
Verder lezen
Geest, V.R. van der, Weisburd, D., & Blokland, A.A.J. 2016. Developmental trajectories of offenders convicted of fraud: A follow-up to age 50 in a Dutch conviction cohort. European Journal of Criminology. December, 4, 2016, DOI: 10.1177/1477370816677620
Credits beeld: Shutterstock
Actuele berichten